zondag 25 oktober 2020

Halve marathon Etten-Leur 2020 – Weer een zelfafnametest

De winter komt eraan; vannacht sloeg de klok twee keer twee keer. Dit is een tijd van vergrijzing, herhaling en déjà vus. Vandaag voelt als Groundhog Day. Alweer een virtuele wedstrijd. Na de marathon, 10 mijl en 10 kilometer is het tijd voor de 21.097,5 meter. 

De fase van volwassenheid is bereikt. Dit wordt mijn 21e wedstrijd op de 21 km. Ik blaas geroutineerd de kaarsjes uit; vanaf de toppen van mijn kunnen is het uitzicht hier nog slechts bergafwaarts. Door de drukte van de afgelopen tijd heb ik weinig kunnen trainen, want het is herfstvakantie. Schilderen, draadjes trekken, de garage kuisen. Wel heb ik tijd kunnen nemen om goed te eten. Volgens mijn vermogensbeheerder wordt de best haalbare prestatie in ieder geval langzamer dan mijn derde beste tijd. Dat zullen we nog wel eens zien. Kan je een loopapp ontslaan? Ik zou natuurlijk ook beter kunnen voorbereiden…

Elke in Coronatijd afgelaste wedstrijd verzint een eigen respons. Het creatieve spectrum varieert van definitief laten varen, doorschuiven, het lopersveld druppelsgewijs doseren of een doehetzelfwedstrijd organiseren. Dit weekeinde is er keus uit 21 virtuele wedstrijdlocaties. Ik kan ze zogezegd allemaal tegelijk lopen, hashtag Thuiseditie. 

Voor de Etten-Leurse Marathon Brabant wordt voor de thuislopers een centrale uitslagenlijst bijgehouden, waarbij Strava als bron van waarheid dient. Er is een tijdvak van twee weken om de afstand af te leggen, desnoods in brokjes. Dat de ene renner er zo in totaal al honderdvijftig kilometer op heeft zitten en de ander per ongeluk z'n sporthorloge laat meelopen bij het volkruien van de achtertuin mag de pret niet drukken. Niets is wat het lijkt in een virtuele wereld. En als ik wil, fiets ik vrolijk de afstand in een uur en wacht tot het voltallige Keniaanse hardloopteam op audiëntie komt bij aanstormend talent Pi N'okhi-oh. Niet dus, de enige test is lopen tegen mijzelf.

Na installatie van Strava vallen me de tientallen hokjes bij de privacy- en meldingsinstellingen op, weggestoken in de instellingen, die deze app heel lief alvast allemaal voor me heeft aangekruist zodat standaard heel de wereld weet waar mijn huis woont, wat mijn hartslag is, wanneer ik aan m'n kont krab, om me vervolgens via alle beschikbare media te kunnen volspammen. Dat gaat er dus direct naar de wedstrijd weer af…

Het is tijd. Ik ga naar buiten. Het is droog. Ik start. Aanvankelijk ligt het tempo te hoog; gaandeweg zakt het in tot te laag. Een geblesseerde klusrib zorgt ervoor dat ik niet diep kan ademhalen. Gelukkig is luchttoevoer niet zo relevant voor hardlopen. Een afstand van 21 km is wel ideaal om je voortdurend af te vragen waarom dit in hemelsnaam leuk is. Of je het zelfbeeld van Jonge God zo nodig hoog moet houden, terwijl een middagdutje als Morpheus zoveel meer aantrekkelijk lijkt. 

Het wolkendek is grijs. Geen hazen, geen supporters. Wel een einde. Een gelijke tijd als mijn laatste halve marathonwedstrijd, van alweer tweeëneenhalf jaar geleden en inderdaad, een vierde tijd op mijn ranglijst. Een herhaling van zetten; veel inspanning, maar weinig verandering. Waar heb ik dit eerder gezien. Voor een echte knaller moet ik minder virtueel aan de bak. Ergens diep van binnen geloof ik dat ik een echte wedstrijd toch wel sneller kan. Een zonnig perspectief?

zondag 4 oktober 2020

Singelloop Breda 2020 – Illegaal feestbeest

Eerste zondag van oktober, tweede golf. Dat betekent dierendag, Singelloop Breda en mijn derde virtuele wedstrijd. 

Het wordt de moderne loper wel makkelijk gemaakt met al die thuisedities. In Londen lopen vandaag alleen de pro's een levende marathon, alle andere afstanden vallen vandaag in de categorie 'Rondje vanaf de oprit'.

Wekelijks heb ik de wedstrijden voor het uitkiezen; IJsberensprint op Spitsbergen, de Wadi Rum Run, een marathon in Marathon. Geen reistijd, geen CO2-belasting, geen getreuzel in het startvak. Net zo echt als de Beekse Bergen.

In dit geval zelfs geen inschrijfgeld. Tegen de tijd dat ik de knoop had doorgehakt om mee te doen (drie dagen voor uur U), was de inschrijftermijn al verstreken en de digitale vakkenvulling al voltooid. Sois. Niemand die me aan mijn lurven van de weg af sleurt wegens ontbrekend startnummer.

Als afwisseling op mijn langeafstandsserie wil ik de 10 kilometer doen, een afstand die ik wekelijk een keer in training op hoge snelheid doe. Nu voor het bijna-echt. Al tien keer eerder heb ik het afgelopen decennium een 10k-wedstrijd gedaan. Vaak fitter, meestal meer voorbereid en zeker jonger. Wat kan een oefening in zelfpijniging zonder publiek me nog brengen?

De weer-apps laten tussen hun storm van advertenties allemaal een opeenstapeling van regenbuien zien. De realiteit is beter. Droogachtig, wel erg winderig maar met 12 graden warm genoeg voor een klassiek en bijpassend shirt.


Een bijzonderheid aan deze alternatieve versie, is de bijbehorende "experience app". Deze levert een swingende warming-upvideo, à la een echte startopwarming. Na het zelfgekozen startmoment (ik zeg: Pang!), omlijsten twee commentatoren de wedstrijd met een vertrouwde mix van Brabants accent en sponsoraanprijzingen. Op de achtergrond zijn bandjes en gejuich te horen. Elke kilometer komen ze terug in de lucht om de oplopende spanning met welgemeende algemeenheden te bezweren.



Ik voel me bijna weer terug op Bredase bodem. Grote verbetering: geen gedrang in de Boschstraat, geen onverwachte lantaarnpalen. Het gaat snel, achteraf gezien, maar op het parcours moet elke meter bevochten worden. Bij kilometerpaal 7 staat Frans met zijn motard. Verderop zwaai ik naar m'n oude huisje. Nog even maar. Daar is de Grote Markt al, de dranghekken kantelen bijna onder de opstuwende supporters. Nog iets sneller dan maar en ka-ching! Een 2e plaats van mijn wedstrijdtijden, 4e plaats van alles inclusief gammele gps-loopjes. Mooi man! Die lockdown; ik weet niet hoe het kan, maar ik groei ervan.



zondag 20 september 2020

Smokkelaarstrail 2020 – Eenzame samenloop

Het is een half jaar na dato. Geen wedstrijd heeft het overleefd, de uitgestelde zijn afgesteld. Er rest alleen een reeks afstandelijke loopjes te Jardinië, Bad Hintergarten en Gran Balconia met bijbehorende zelf te printen digitale medailles. Vandaag nog de Home Edition van de Dam tot Damloop voor de liefhebbers, dat is ongeveer 1000 keer op en neer naar zolder (niet Zolder). Da's mooi, al klinkt het toch minder dan een Pro of Enterprise Edition.

Maar diep in de bossen, op de rand van de zuidergrens, ver weg van spiedende blikken, heeft de organisatie van de Smokkelaarstrail het voor elkaar gekregen om een levende versie te mogen presenteren. Een vuistdik draaiboek en een strak protocol maken het me vandaag voor het eerst in tijden weer mogelijk om een officieel parcours  lopen. Hulde!

Er wordt zorgvuldig afstand gehouden, de crew draagt mondkapjes, er is ingangscontrole met thermometers; het lijkt de Tour wel. Het startvak is vormgegeven als een wachtrij bij de Efteling met een meanderend labyrint van dranghekken, elke tien minuten mogen 35 renners na elkaar vertrekken.

Dat doe ik dan maar. Ik sta vooraan in mijn groep, en tweeëneenhalve kilometer lang ben ik de koploper. Dat overkomt me nou bij geen enkele andere wedstrijd! De gefaseerde start zorgt er vervolgens voor dat ik minstens 15 kilometer geen levende ziel meer voor of achter me zie. Het is een trailrun, zonder officiële tijdwaarneming, dus het blijft toch een solistische prestatie. Dan maar genieten van de omgeving vanuit de Goirlese bossen en de Rovertsche Heide.

Het eerste deel is een allemachtig prachtig landschap met riviertjes en smalle bospaadjes. Gaandeweg komen er meer zanderige paden en op tweederde kon de parcoursbouwer zich niet meer bedwingen om er toch een hele bups moutainbikehobbels in te fietsen. Het wordt onherfstig warm, ondanks het gebladerte. 

Plotseling is het einde daar. Het Belgische deel is uit de route geknipt, dat scheelt een kilometer. Ik vind het niet erg; mul zand heeft z'n charmes, maar in mijn balboekje scoort het niet hoog. Ik klem de vette metalen medaille in m'n knuistjes. Onuitgeput, wel voldaan, kijk ik uit naar een volgende loop met Echte Mensen.


zondag 6 september 2020

Tilburg Ten Miles 2020 – Onwerkelijke tijd

Het zijn bizarre tijden. Onwerkelijk. Wie dit zelf de afgelopen maanden nog niet gedacht of gezegd heeft, weet zich bij deze geïnformeerd; geen dank.

Bij alle serieuze en bittere impact, vind ik het afstand houden nog wel te overzien. Dat er als consequentie geen massale hardloopevenementen meer zijn, is spijtig maar niet dramatisch. De lopers in mijn categorie lopen immers voor zichzelf, niet voor de mondiale top. Wedstrijden zijn een meetlat voor het eigen kunnen. Is er nog groei mogelijk? Mentaal? Afstand? De weegschaal buigt ook bevestigend, maar dat wil ik niet weten. De tijd gaat ook al zo snel, dat ik mijn leeftijd alleen nog kan reproduceren via de aftreksom van nu minus geboortejaar.

Sommigen gooien het bijltje erbij neer als het niet gaat zoals het ging, anderen hebben het vermogen om bij spanning en weerstand de creativiteit laten stromen. Alternatieven duiken op om toch een belevenis te creëren waar velen aan mee kunnen doen, via virtuele wedstrijden die iedereen vanaf de eigen voordeur kan lopen. Het elektronische scorebord is dan wel niet op de microseconde geijkt, het geeft wel een gevoel van energie en verbondenheid. Wie wil, kan natuurlijk eigen supporters ronselen om langs de route te wachten met sportdrankjes en spandoeken.

De Tilburg Ten Miles is sinds 2008 mijn najaarsklassieker; slechts twee keer heb ik verzaakt. Dit jaar dus liever een digitale nepperd dan een doelloos rondje. Qua voorbereiding zit het wel goed; vorige week nog een dummy 10k gedaan als oefening die behoorlijk snel uitviel. Met m'n unvollendete marathontraining dit jaar is afstand ook niet het obstakel. Nu nog even combineren. Kan een egoloop zonder publiek en hazenleger voldoende motiveren om tot het uiterste te gaan?

Vandaag gaan we het zien. Op tijd op. Koffie. Boterham met pindakaas. Sportdrank. Banaan. Route laden. Adem halen. Opwarmen. Go! En hij is weg, dames en heren. Kijk hem eens gaan, wat een formidabele tred, wat een atletische uitstraling. Niemand voor hem, niemand achter hem, fenomenaal. Al 500 meter op subliem tempo. Ho, wat is er nou? Vergeten z'n tijd te starten. Een halve kilometer verspild! Alsnog afgedrukt en daar gaat ie opnieuw. 

Door het lopen op vermogen kan ik nu beter mijn grenzen bewaken dan op hartslag. De app had vooraf 255 Watt geadviseerd voor een beschaafde tijd met overlevingskansen, ik wil hoog spelen en probeer 265-275 aan te houden voor een brute aanval op mijn snellere tienmijlers. 

Minuut na minuut tikt weg. Elke kilometer duurt een paar seconden langer, tot halverwege. De diesel is doorgewarmd en het gemiddelde tempo wordt stabiel. Nog reserve voor het laatste stuk? Ik versnel als een buikige Sifan Hassan en haal de seconden terug die ik in het stuk daarvoor liet slippen. De lucht komt uit m'n tenen. Een interessant concept voor Franse kaas, maar ook voor een nieuw persoonlijk record. Op 16,1 stop ik de klok en zie dat ik een minuut heb afgelopen van m'n vorige PR uit 2015. Ik rijp ook al als een Franse kaas. Mijn sportkleren getuigen ervan.

De medaille is virtueel, de gemeenschappelijke race is virtueel, maar deze tijd is echt. Onwerkelijk, maar waar.


woensdag 12 augustus 2020

Bergentrail – Zomerse variant

Wat is natuur nog in dit land, somberen de oudjes. En gelijk hebben ze. De stukjes bos krimpen sneller dan de kranten. Straks zijn natuur en leesvoer alleen nog digitaal te consumeren. 

Niet hier in de grensstreek onder Tilburg. Ooit een verplicht bosgebied; niemandsland om partijen uit Spaanse en eerste wereldoorlog te scheiden. Nu een wellustig groene zone in de smoor van klimaatverhitting. Meer wandelpaadjes en mountainbikeroutes dan Finland meren heeft. En voor Hollandse begrippen zelfs heuvelachtig, waardoor het gebiedje in VVV-termen wordt aangeduid als de Alphense Bergen. Het moet niet gekker worden. 

Afgelopen najaar liep ik hier de bijbehorende trail. Een fijne route bij lekkere temperatuur, die ik, corona volente, in november weer ga doen.



In geheel andere weersomstandigheden staan we hier deze week op de camping. Elke dag snikheet sprinkhanenweer, 's avonds noodweer volgens bijbels recept. Karma alert: het parcours loopt op vijf meter van de tent. Wat een kans om CO2-arm hetzelfde rondje eens te doen in zomertijd.



Verdwalen is een van mijn talloze kwaliteiten, dus ik pak even mijn destijds gelogde gps-punten erbij om deze te kneden tot een passende route, zonder het stuk naar het dorp en met start en finish naast het grondzeil.

Activiteit vinden en downloaden, track opknippen, dorpsloopdeel verwijderen, nieuwe start en finish vastleggen, knipsels samenvoegen, opslaan als looproute, naar het horloge sturen. Klinkt simpel. Kost uiteindelijk drie uur voordat ik het kunstje naar genoegen heb volbracht. Pff, maar volgende keer weet ik hoe het in 5 minuten kan, als ik het niet vergeet.

De dag kriekt nog als ik vertrek. Ik kom er al snel achter dat het niet heel eenvoudig is om de weg te vinden als deze is gebaseerd op een gelopen bosroute (=slechte gps-ontvangst), vertaald naar een microkaartje met pijltjes op een horloge  (=matig leesbaar) waarbij de getoonde plattegrond geen relatie met officiële wegen heeft (=zoek het maar uit waar je het struikgewas wil induiken).



Maar de verdampende regen van afgelopen nacht, de paarsbloeiende heide en de golvende paden maken alles goed. Na een stukje heen- en weergemodder volg ik meer de grote lijn en voel ik me als een haas op vakantie.



Wel even oppassen bij het munitiedepot, want ik wil niet te parmantig eindigen als een verdroten fluitefluitefluiter.



Met nog een rondje om de grote plas voltooi ik de zelfgestelde opdracht en land ik nat als een dweil aan de ontbijttafel. Domweg gelukkig aan het tentenveld.



zondag 5 juli 2020

Las Lanzas marathon Breda 2020 – Een voor allen

We schrijven Breda, 1625. De Spaanse markies Spinola heeft de stad omsingeld en houdt de inwoners in lockdown met meer dan 42 kampementen en fortificaties.
'Stop maar, hoef ik niet te leren, ik sta al voldoende voor geschiedenis! Is gebeurd, niet meer belangrijk.' De oudste wiebelt een TikTokdansje, ogen op oneindig.

Vier eeuwen later zijn er nog twee fortrestanten over. Stadsontwikkeling heeft overwonnen. Industrieterreinen en nieuwbouwwijken hebben de herinnering overwoekerd.
'Stop maar, moeilijke woorden, staat niet op YouTube, is geen challenge!' De middelste plopt haar oortjes in en wijdt zich aan belangrijker zaken.

Niets tastbaars? Toch wel. Tientallen gekleurde schuine palen, drie meter hoog, markeren al 18 jaar de plaatsen in stads en grazig landschap waar ooit de lansen van de belegeraars omhoog priemden. Azuur voor de linie om de stedelingen binnen te houden, cognac tegen legers van buitenaf, goud voor de plek waar uiteindelijk de sleuteloverdracht plaatsvond en rood voor de legerkampen.
'Stop maar... Rood is m'n lievelings! Mag ik een snoepje?' De jongste rammelt met het doosje. Ik hoor trommelstokken roffelen in een ver verleden.

Een hedendaagse omloop over historisch terrein moest het worden, langs deze markante symbolen. Een ronde van 42 kilometer door het gebied van Mark en Aa voor een leger van renners. Dat was ooit, voordat het wedstrijdjaar werd ingedikt van telefoonboek tot bierviltje. Maar we mogen weer naar buiten en vandaag lopen we 'm alsnog. Met z'n allen, maar solo. Naar eigen believen in te richten qua startplek en looprichting; verzorging en supporters zelf mee te nemen. Het is het idee.


De strijd begint in het hier en nu. Acht uur 's ochtends, langs het tuinpad van mijn vader. Tja, als het parcours langs je oude thuis loopt, door de stad waar je bent geboren en opgegroeid; hoe opgetogen kan je zijn?

Ik loop tegen de klok in. Eerst over noord, met de lange stukken langs de provinciale weg en over industrieterreinen. De mooiere stukken in de wijken en het bos bewaar ik voor inspiratie. Omdat het pontje uit de originele route nog niet vaart en ik ook weer niet zo historisch begaan ben om zwemmend het Spaanse inundatiesceanario na te spelen, heb ik een aangepaste route gemaakt die zonder een lans te missen ook op 42,2 kilometer uitkomt. Meer hoeft niet; het is voor mezelf, er is niemand anders om tegen te vechten. Ik ben een masochist, maar wel met beperkingen.


Een tweede reden voor de looprichting is de aanwezigheid van watertappunten langs de route. Er zijn geen kraampjes langs de kant met drankjes, snoep en zoete woorden; het is carry in - carry out or consume. Zelf alles meenemen. Aan de zuidkant komt mijn route langs zes tappunten, in noord is het bar en droog. Voor het tweede deel van mijn loop kan ik dus mijn dorst lessen zonder extra kilo's mee te torsen.

Het is bijzonder om nu de punten te bezien, vol historische lading, waar ik al duizenden keren langsgekomen ben. Kijk, dat betonnen gebouw, daar stond dus een kampement. En midden op die vluchtheuvel, daar bikkelden de soldaten negen maanden, negen dagen en negen uur lang tot het moment van verlossing. Nou, nou!

De Grote (Spinola-)Schans is na zes kilometer het eerste zichtbare overblijfsel uit het beleg. Ik maak een rondje over de beboste ruïnes van de vier bastions en ga verder. Naar de Kleine Schans, weer zes kilometer noordwaarts, een bobbelig schiereiland in weideland. Dat was 'm wel, qua tastbare historie. Nu terug, de brug over de Mark vinden, naar de westgrens van Breda langs moderneske krochten, beemden en stenige akkers.


Overal bekend terrein. Mijn schoenen stampen herinneringen omhoog. Hier was ik ooit bijna gevallen over een hondje aan een lange lijn en daar oppassen, want er lag 11 jaar geleden een losse tegel.

Op 24 kilometer tref ik m'n eerste drinkpost. Dat werkt dus, maar vanaf hier wordt het zwaarder. In de marathon is het stuk tussen 25 en 38 kilometer een niemandsland. Zowel de energie als de finish zijn ver weg. Ik houd vol op het geloof dat ik deze week een diepduiker hoorde verkondigen: om het te laten lukken moet je ervan overtuigd zijn dat je het kan.

Lans, check. Lans, check. Hier ergens moet een verborgen lans staan. No check. Water! Over de Aa. Nog tien kilometer. Grr, gaan. In een wedstrijd kan je jezelf altijd optrekken aan de lopers voor je, maar hier voel ik me alleen. Wat boeit het als ik hier stop en op een terrasje ga zitten? Aaah…

    
Nog vier kilometer. Daar, een gouden lans! De kuitspieren zijn er klaar mee en beginnen te verkrampen. Ik hobbel het niemandsland uit. Nog een stukje extra om de 42k2 daadwerkelijk op de teller te krijgen en daar staat mijn vader & publiek al bij de eerste lans. Tijd om me te laven aan de tuinspuit en aan te schuiven voor een heerlijke lunch waar ik maar drie minihapjes van op krijg. Ik krijg een trofee van de jongste. De honger komt nog wel. De trek voor nog zo'n loopje blijft. Voorlopig laat ik me niet stoppen.


zaterdag 27 juni 2020

Van Rotterdam naar Spaans beleg

De deskundigen zijn het erover eens, dat een ontbijt het fundament is onder je sportprestatie. In mijn training voor de marathon van Rotterdam luistert voeding heel nauw.

Dus moet je er niet lichtzinnig een bammetje pindakaas in proppen. Neem het postzegelweegschaaltje en de tips van mental coaches, lifestylegoeroes en andere eigendunkers voor een gebalanceerde start van de dag. Denk aan eiwitten, essentiële aminozuren, langzame koolhydraten, omega-3, melatonine, foliumzuur, antioxidanten, fytonutriënten, anthocyanen en flavonoïden, kortom, the usual.


Om vijf uur 's ochtends vertaal je dat naar een kinderhandje gebroken lijnzaad, een klotsje rodebietensap met kaneel, 4 zwarte bessen, 18,6 gram havervlokken, een afgestreken Azteekse theelepel quinoa en 3/4 walnoot. Mits goed gemixt helpt het tegen suikerziekte, iq-slijtage, hoge bloeddruk, spijsverteringsklachten, Alzheimer en nog iets wat ik even vergeten ben. Rondje om het blok, douchen, de trein in en gaan.

Dan komt de era van thuisopsluiting. Rotterdam is plotseling ver weg, iedereen is een deskundige en niemand is het meer met elkaar eens. Dus ruil je alle adviesjes en schemaatjes lekker in voor een boterham met boter en witte chocoladevlokken. En nog een. Voelt een stuk beter. De wedstrijd komt echt nog wel een keer, some sunny day.


De kilootjes en voornemens groeien samen. Er is weinig tijd voor hardlopen tussen de videomeetings, thuisscholing en liveblogupdates door. Er is net genoeg tijd om die ene keer in de week dat je op guerrilla naar de supermarkt gaat, het ontsmette winkelwagentje af te vullen met zakken chips, nootjes, koekjes en liquide troostwaren.

Afgelopen zaterdag werd ik getipt: Las Lanzas gaat alsnog door. Een eenmalige marathon rond Breda die langs de plekken voert waar vierhonderd jaar geleden de Spaanse kampementen stonden in het beleg van de stad. Langs deze route staan tegenwoordig gekleurde stalen palen, als symbool voor de lansen die te zien zijn in het schilderij waarmee Velázquez de sleuteloverdracht na de overgave vastlegde.


Had ik graag willen doen, maar de geplande versie van 1 juni ging uiteraard niet door. Surprise, volgende week zondag wel, solo met z'n allen. Iedere liefhebber bepaalt zelf waar en wanneer te starten en zorgt zelf voor alle gewenste verversing, tijdwaarneming en huldiging. De kans een andere renner tegen te komen op minder dan anderhalve meter is daarmee geminimaliseerd. De uitdaging om deze unieke run te doen blijft.


In twee weken voorbereiden op een marathon, kan dat, doctor Phil? Tuurlijk jongen, de kracht zit van binnen, het zijn maar kilometers. Doen!

De zingeving komt terug. Ik schrap calorieën en drank. Ik loop een langere afstand even op de dinsdagochtend voor de meeting van 9 uur. Ik bestel een loopshirt. Tijd om te taperen. Ja, ik ben er klaar voor!