zondag 24 september 2023

Halve van Haarlem 2023 – Kneusje van de week

Aha, een nieuwe omloop op mijn loopkalender: Haarlem, kust en terug. City-pier-city, maar dan een provincie noordelijker. De trein rijdt vroeg genoeg en de wandeling van station naar het lanceerplatform op de markt is een aangename warming-up. Ik ben klaar voor de start. Zowat.

Vorig weekend nog knalde ik ongewild maar enthousiast mijn kleine teen tegen een grote deurpost. Iets kraakte en het was niet het houtwerk. Binnen een paar uur zag mijn voet eruit als een aubergine. Na een dag werden alle tenen zwart. Het kostte me een belangrijke langeduurlooptraining en een halve week wrokkig ontzien voordat ik weer een schoen aandurfde en mijn tred er niet meer uitzag of ik een loopclinic had gevolgd bij de klokkenluider van de Notre-Dame. Toch wil ik vandaag deze halve marathon niet laten schieten. 

Is de wedstrijd een doel of een middel? De vuurproef van 2023 om te zien of mijn gezondheid weer terug op niveau is, na een jaar van overbelasting en kleinzerigheid? Of is dit het voorspel voor de big game; opnieuw de confrontatie zoeken met een hele marathon? Dat alles en meer; mijn hardlopen is het ridiculiseren van sterfelijkheid, een hautain dedain voor aftakeling. Duh. Nou. Dat werkt, hoor.

Hoe plan je een snelle halve marathon? Zoiets kleins als een teen kan dus al een streep halen door de grootse loopjes. Elk wedstrijdresultaat is gebouwd op oeverloos veel trainingsrondjes, gewichtjes heffen, voedingskeuzen en een enorme stapel kleine beetjes mazzel. Er hoeft maar iets te verschuiven of het bouwwerk rolt uit elkaar als een knikkerpiramide.

Ach, Achilles, de snelvoetige, had ook een zwakke plek, dus ik begeef me in goed gezelschap. Ik richt me op een constante inspanning over 21 kilometer; relatief snel van start, heel langzaam het tempo afschaven, hartslag niet over de kling jagen en de laatste 975 decimeter spurten.

Mooi hoor, al dat plannen. In werkelijkheid is het sukkelen in de meute om de markt af te komen, gaandeweg ruimte en snelheid vinden, rustig blijven inhalen. Vervolgens word ik dan zelf een tijdje door snellere lopers ingehaald en uiteindelijk lijkt een evenwichtige sliert bereikt. 

Het landschap prikkelt herinneringen. Het fraai golvende duinenpad doet me denken aan Egmond (gelukkig zonder strand), de blijde verrassing van een lang stuk 8% afdaling in het laatste deel voelt Zevenheuvelenlopig en het lage tunneltje naast het kanaal gedenkt mijn vele loopjes in Utrecht. Hardlopen dompelt me zachtjes in een warm bad van emoties. 

De route voert precies langs de plek waar mijn overgrootouders in Overveen de apotheek AVO dreven, zoals mijn vader nog gedetailleerd kan vertellen. Nu hij naar deze omgeving is verhuisd, komen heden en verleden weer bij elkaar; zijn ze elkaar geworden. Ik ben hier ook om hem te zien, dit is weer zijn wereld. 

En voort. En voorts? De toeschouwers zijn enthousiast, het weer is prachtig en mijn eindtijd is in overeenstemming met mijn planning. Bij de beste 15% van mijn leeftijdscategorie - hoe dan? Daar is de finish en daar staat hij te wachten.

Met gelijke tred strompelen we na afloop richting derwaarts. Hij met 91 nog op eigen benen, ik met mijn getergde zwelvoet hunkerend naar de treincoupé maar buitensporig gelukkig.