vrijdag 28 maart 2014

Loopjaar Top 100

Als er iets mijn loopcarrière in de weg zit, dan is het wel m’n loopbaan. M’n leeftijd, eetpatroon, gebrek aan Olympische ambitie en totale afwezigheid van sportgenen dan even niet meegerekend. Maar anders was ik een toppertje, hoor! Om rekening mee te houden in het veld van laatbloeiers en klaprozen.

Over de laatste 12 maanden heb ik 1000 kilometer gelopen in 100 keer, dat is amper twee keer per week. Dan kan beter. Mijn voornemen voor de komende periode is om 1000 bloemen te laten bloeien in kortere tijd. Wrik de agenda, prik gaatjes in de dag en benut de restjes daglicht voor een uitstapje. Keuzes maken is voor dertigers, ik houd lichaam en geest in evenwicht met en-en-zen.


In tijden van rust en regelmatig thuiswerk loop ik het liefst drie tot vijf keer per week. Afwisselende afstanden en snelheden, en de looploze dagen dienen eigenlijk alleen om de spieren bij te laten komen van het stoempen door de regio. Een betere verslaving dan aan saffies of snoepjes kraken lijkt me.

Afgelopen loopjaar bleek dus niet de positieve piek in mijn ruststatistiek. Alles wat leven heet balt zich samen en knokt voor een plekje in de 24/7 agenda. Geen tijd om te trainen voor m’n 3e marathon; het heen en weer vliegen leverde hapte te grote gaten uit de kalender.


Dit jaar groeit en bloeit het thuisleven nog harder dan vorig jaar en met een nieuwe klus in Groningen en Den Haag zal de snelweg vaker in zicht zijn dan het bospad. Wat er als derde aankomt is geen marathon. En een aankomende verhuizing zal ook heel wat klustijd in de planning duwen. 

Nieuwe hoogtepunten heb ik ook bereikt volgens mijn trainingssoftware. Van loopbaan naar omloopbaan lijkt maar een kleine stap, maar het niveau van rekenen en schrijven is waarschijnlijk vergelijkbaar met mijn beperkte hoogvliegkunsten. Ik geniet eventjes op geostationaire hoogte van het uitzicht. En nu weer vooruit naar de volgende toppen!


donderdag 13 maart 2014

Lopen in München

When in Munich, doe wat de Münchenaren doen, maar wel met mate. Bijvoorbeeld bier achterover kloeken (mit zwei Händen), beemweetjes scheuren / ontwijken (afhankelijk van het bumperperspectief) en Beierse kunst bestuderen. Is het een androïde van een rode dwerg, klaar om Beschaving uit te rollen in ons misdeelde onderzonse? Is het een contrapsie voor het automatisch voeren van handtamme adelaars? Het is een koffiemachine, vrees ik uiteindelijk. Dan maar het bier, ik heb nog wel een paar uur.


Als er dan de dag erop nog tijd over is, dan kan de omgeving verkend worden. Nog niet eerder kwam ik afgelopen jaar bij daglicht van het denkindustrieterrein. Nu dus maar eens in de sokken. Als houvast in het onbekende stadsdeel neem ik me voor de rivier te volgen, dan kan er weinig mis gaan.

De stadsoevers van de Isar vormen een park van meer dan tien kilometer lang, ideaal nestelterrein voor de drie dynamische populaties die er het meest worden aangetroffen: mountainbikers, hardlopers en wandelwagen-oudercombinaties. Ze verdragen elkaar goed, door de veelsoortige parallelle paden en de uitgestrektheid van het gebied. De BBC-dvd is binnenkort verkrijgbaar.

Voor de eerste afstand richt ik me naar het zuiden. Van de Hochstraße daal ik tientallen meters af naar de oever, en daar ga ik stroomopwaarts. Het landschap wordt langzaam ruiger aan de oostkant waar ik loop, aan de overzijde bloeien fabrieksgebouwen en schoorstenen. Na een vijf kilometer steek ik de rivier over via een wandelaarsbrug en onderneem de terugweg. Nog slechts twee barrières op m’n pad. Mijn oeverrand blijkt een landtong te worden, en ik moet even in de achteruit. En weer terug in de stad duurt het nogal een tijdje voordat ik herken waar ik naartoe moet en ik uiteindelijk de lobby kan binnenstormen.

De andere dag ga ik noordwaarts. Het park is hier breed en statig, omkraagd met grote huizen. Het doet me sterk denken aan een rondje door de Utrechtse binnenstad, maar dan schaal 10:1. Ook het verloop eist heel wat meer van de klimspieren dan de Middelnederlandse Rijnheuvels. Op de stuwdam steek ik over, en dan weer hotelwaarts. In een rechte lijn natuurlijk.


Dus voor wie een uur bij daglicht heeft in München, en loopschoenen, is de Isar een makkelijk rondje in het park. Paden gaan onder de bruggen met het drukke verkeer door, de omvang overstijgt mijn uithoudingsvermogen en het geeft een mooi inkijkje in bouwstijlen over de eeuwen heen. Tip: neem een papieren of digitale kaart mee als je bang bent dat de weg jou kwijtraakt. Dag München, het is hoog tijd voor een volgend project met een nieuwe lokale stadskleur.