maandag 25 september 2017

Slowowowowww

Trainen voor hogere snelheid heeft traagheidangst als valkuil. Mijn hoofd wil alsmaar sneller. Elke ronde strakker, elke dag progressie. En dat is flauwekul. Onderzoek heeft vaak genoeg bewezen dat afwisseling de beste spieren kweekt; monotonie leidt tot suboptimale verstarring. Lange stukken, hoge snelheid, heuveltjes, korte sprintjes, slow motion, anything goes. Dan kan een oefenloopje ook nooit tegenvallen.

En toch wil het niet lukken. Als ik vertrek voor een drentelrondje, wordt het toch weer een race tegen de klok. Ongewild, ongewenst. Ik snap wel hoe het moet, maar mijn benen willen niet luisteren. Foei! Ik heb het gevoel dat ik al zo langzaam ga, dat een nog lagere versnelling me laat wandelen. Eenhandige beltieners halen me in, 65-plussers, sommigen zelfs zonder accu. En toch blijft mijn tempo middelmatig, in plaats van goed laag.

Om mijn geloof in de heilzame werking van de lagere snelheid te sterken, wil ik twee uur gaan lopen op 80% van mijn normale tempo. Een beetje kloosterorde zou dat eens moeten proberen in plaats van zelfkastijding.


Ik moet mezelf dwingen. Inhouden. Terugdeinzen. Schuifelen. Verstillen. Als ik om me heen kijk, zie ik dat het herfst is. Paddenstoelen vieren hun lente. Binnen honderd meter zie ik vijf-zes verschillende soorten. Plat, bol, kegelvormig, gespikkeld, bruin, roestig, wit. Een leger zwamkabouters tussen de grassprieten. Een ontplofte champignonachtige ter grootte van een voetbal. Bosgeur vernevelt in de lucht. De zon kijkt op afstand toe.


Dag paddenstoeltjes, dag spin, dag mooie blaadjes. Dit heeft niets met hardlopen te maken. Het voelt als een boswandeling. Mooi. Nog niet traag genoeg, maar er is regressie. Missie geslaagd.

zondag 3 september 2017

Tilburg Ten Miles 2017 – 50+

Op twee derde van het jaar heb ik pas twee wedstrijden gelopen. Na de halve marathon en de tien kilometer is dan nu de derde categorie aan bod: 16 Engelse mijlen. Waar doe ik het voor? Voor de gladiolen! En voor de projectie van een atletisch zelfbeeld.

Maar daar moet je wel wat voor doen. Echt trainen. Vaak naar buiten. Ademhalingstechniek. Krachttraining. Innerlijke rust. Schijf van vijf. Op tijd naar bed. Er is dus ruimte voor verbetering.

Dit wordt mijn 51e wedstrijd, de 12e tien mijl, de achtste in Tilburg. Statistisch wordt de kans dat ik een nieuwe beste tijd loop steeds kleiner. Lichamelijk idem dito. Welk excuus heb ik vandaag? Te hard gewerkt, te onregelmatig voorbereid, zwabberbenen en een overdosis IPA in plaats van EPO. Dat doet niets af aan het feit dat statistiek en fysiek zich door het stellen van de juiste prioriteiten prima de les laten lezen. Als ik niet van start ga voor een PR dan eindig ik gegarandeerd als haas voor de bezemwagen.


Is het de leeftijd? Aan gene zijde van de 50 gaat het hard; medeloper Jan verliest elk jaar een halve minuut. Dat hij, ruim ouder, me wel tien minuten voorblijft zegt iets over de kracht van vroeg beginnen. Anderzijds, als late starter kon ik me nog ieder jaar verbeteren; alleen dit jaar blijf ik telkens hangen op de tweede plek. Ik wil geen tweede plek. Buh.

Het zonnetje schijnt warm. De start gaat goed, niet te druk. Ik lig op tempo voor een mooie tijd. De supporters zijn enthousiast. Maar de energie sluipt weg. In flagrante strijd met het SI-stelsel wordt elke kilometer langer. Het begroeten van de lokale supporters halverwege geeft even een kick en dan realiseer ik me dat ik met dit tempo weer op een tweede tijd ga eindigen. Nee! The story of my life.

De motivatie dooft en ik neem gas terug. Dan maar genieten van de omgeving. Als ik geen mijlpaal kan neerzetten met een beste tijd, dan maar een voor de slechtste tijd. Om mij heen slaan lopers aan het wandelen, her en der wordt de EHBO ingevlogen. Ik ga rustig door voor mijn Persoonlijke Blamage. Het wordt zes minuten langzamer dan m’n snelste tijd. Yes! Volgens mijn logboek ben ik ooit een keer nog later over de lijn gekomen. Weer tweederangs gepresteerd…


Misschien ben ik te kritisch op mezelf. Gezin, werk, sport, hobby. Allemaal essentieel voor mijn welbevinden, maar onvoldoende mogelijkheid om alles zo veel aandacht te geven dat de uitkomsten en gevoelens positief zijn. Ik wil het allemaal op de 1e plek.

Waarschijnlijk ben ik te egocentrisch; wie kan wel die rust en balans vinden? Alleen niet iedereen klaagt erover. Ik ga de komende tijd eens stevig nadenken wat te doen. Keuzes maken.