dinsdag 24 september 2019

Trailweekend Costa Brava

Wij hebben windmolens, eten kaas en dragen klompen. Maar van alle zegeningen uit ons platte land ontberen we de bergen. Een rimpel op de Utrechtse heuvelrug, een golving ten zuiden van Venlo en dan is het klaar.

Bij alle uitdagingen die een marathon stelt, is dat in Nederland wel overkomelijk. Een enkel viaduct is te doen op basisconditie. Zijn er uitzonderingen? De Berenloop op Terschelling in november, voor de liefhebbers van kou, buien, wind en zand. En de Zeeuwse Kustmarathon in oktober, als zuidelijker pendant. Dat gaat verder dan een pittig talud; daar is de interactie met zee, strand en duinen hoofdonderdeel van de wedstrijd.

Na mijn ervaring als novice op een te zware trailwedstrijd vorige herfst, wil ik nu meer hoogtemeters in de hamstrings hebben. Begin dít jaar heb ik me voor de Kustmarathon ingeschreven. Daarna probeer ik regelmatig steile stukken mee te pakken in de hardlooptraining. In Nederland blijft dat voor mij beperkt tot rondjes over de spoorbrug. Het zomervakantieweekje Frankrijk is al een mooiere oefening in kuitenbijten. En nu ben ik zowaar een weekend in Noord-Spanje voor twee dagen trailen met een groepje geestverwanten van mijn Bredase loopwinkel.


Onze gids Pablo is een voormalige Olympische qualifier uit Costa Rica, die zich in Girona gesetteld heeft voor een lokale schoonheid. Op slippers dribbelt hij kwebbelend de steile bergen op, de stomende Hollandse koppen in zijn kielzog. Now we are talking (noot van de vertaler - hier bedoelt hij: nu zwijgen we verbeten).

Het is heilzaam voor de klim- en daalspieren. Kuiten, quadriceps, zelfs de dwarsgestreepte kleineteenspieren krijgen een nieuwe ontplooiingsvisie. Rennen langs de kust betekent hier niet kilometers brandingsurfen. Het gaat van de zee omhoog naar de kliftop, er overheen (aan de goede kant) en anderwaarts naar beneden stiefelen tot het volgende baaitje.


Wat een prachtige omgeving. De wilde kust is nog veel woester dan normaal. Op dag 1 onweert het zo onweerstaanbaar dat we pas 's middags naar buiten kunnen. Omgeven door nog wat laatste flitsen en donderslagen bewegen we de beboste flanken op. Vijftien kilometers, 500 hoogtemeters en 4 uur later (pauzetjes genoeg om telkens bij te komen) komen we aan in Calella de Palafrugell.


Dag 2 begint met een zonovergoten ontbijt op het zeeterras van het hotelletje. Het is tien graden warmer. Om de stramme spieren te laten weten wie hier de baas is, starten we de run na het inlopen op de boulevard met een opgang naar de vuurtoren. Die hebben ze hier niet gerieflijk op zeeniveau geplant, maar op de hoogste nabije bergtop. Minder vlakke stukken vandaag, leerzaam terrein, karaktervormend. Heerlijk om halverwege even in vol loopornaat in de branding te storten. Na vier uur, 800 hoogtemeters en 14 kilometer, dat is maar 1/3 marathon, komen we prettig vermoeid aan bij Begur. Een heerlijke paella met een fris biertje zorgen voor de eerste bijtankhulp. Een wandelingetje in het middeleeuwse stadje Pals vult de culturele gaatjes naadloos op.


Ik ging om eens lekker te trailen met hoogteverschillen. Het blijkt een complete vakantie te zijn. Het landschap, het eten, de mensen. Als ik in Zeeland in dit tempo mag lopen en achteraf aanschuiven bij de tapas, dan kijk ik er naar uit!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten