We komen om het licht te zien, lichter dan elders, een inspiratiebron voor schilders. Om het zand te helpen in de strijd tegen de zee; er moeten kuilen gegraven worden, dammen gelegd, forten gebouwd. Om te voelen hoe koel het water is op deze voorjaarsdag, nog onzwembaar, loerend op onze voeten.
En dit is ‘m dan, de ultieme schaalvergroting na babyteiltje en zwembad. Haar uitzicht op oneindigheid. Thalassa, thalassa, meen ik haar te horen mompelen. Zo is het. Geïntrigeerd grabbelt ze door het zand. Ze schuilt haar gezicht in de schaduw van het zonnehoedje. Ze lacht in oma’s krullen.
Uitgestrekt tussen de waterlinie en de horizon zijn we gewichtloos, los van alle zwaarte. Een vrachtschip gaat voorbij. Wandelaars in dikke jassen. De middag. De lente. Net als de getijden zullen ze terugkomen, maar nooit precies hetzelfde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten